Vanuit het ziekenhuis

Diagnostiek

De patiënt wordt in het algemeen door de huisarts verwezen naar de polikliniek, soms door een andere specialist. De familie is vaak de eerste die de noodbel luidt: het gaat niet goed met moeder/ vader, is vergeetachtig en/of is zo veranderd.

Of er zijn gedragsproblemen bij een al langer problemen in het cognitief functioneren. De ouders worden hulpbehoeftig en vragen meer aandacht aan de kinderen. De mantelzorger is erg belangrijk is het gehele proces. De (klein)kinderen zijn gewend veel te doen voor hun ouders, te tolken en de weg te vinden in de Nederlandse systemen. En kunnen overbelast raken door de toename van deze zorgtaken.  Op de polikliniek wordt er gewerkt met professionele tolken; voor de intake en het neuropsychologisch onderzoek is het van belang dat de kinderen niet tolken. We kunnen zo extra letten op taalstoornissen en wat er tussen de regels door wordt verteld. De mantelzorgers krijgen tijd om hun verhaal te doen bij een maatschappelijk werker. Bij de anamnese wordt extra nadruk gelegd op de culturele context en de migratie achtergrond. Na het uitgebreid lichamelijk onderzoek en  bloedonderzoek wordt in een multidisciplinair overleg besloten tot vervolgonderzoek en/of alleen het behandelplan. Indien er een vermoeden bestaat op cognitieve problemen die niet geheel zijn te verklaren door lichamelijke problemen of een depressie, zal er beeldvorming van de hersenen (CT-hersenen/ MRI-hersenen) en een CCD (Cross Culturele Dementie screening) plaatsvinden.

De Cross-Culturele Dementiescreening is een screeningsinstrument waarmee bij niet-Nederlandssprekende ouderen een beeld kan worden gekregen van hoe het gaat met het denken (zoals het onthouden en concentreren). Daarnaast wordt ook de Rowland Universal Dementia Assessment Scale (RUDAS) afgenomen, een ander screeningsinstrument voor dementie. Samen met het aanvullend onderzoek (zoals een hersenscan, bloedonderzoek etc.) wordt geprobeerd om een uitspraak te doen of er sprake kan zijn van dementie. In een samenwerking tussen de migrantenpoli’s van het Alzheimercentrum Erasmus MC, het Maasstadziekenhuis, het MC Slotervaart, het MC Haaglanden en het Medisch Spectrum Twente worden er ook nog steeds nieuwe instrumenten ontwikkeld om beter vast te kunnen stellen om welke vorm van dementie het gaat.


Behandeling

De behandeling verschilt uiteraard per patiënt en diagnose. Medicamenteuze behandeling is niet de eerste keus; er is weinig bewijskracht voor medicatie. Mocht er sprake zijn van een Alzheimerdementie, gemengde dementie (vasculaire dementie in combinatie met de ziekte van Alzheimer), Lewy Body dementie of een Parkinsondementie dan kan er gestart worden met een cholinesteraseremmer om het proces te vertragen of de symptomen te verminderen. Verder kunnen bij gedragsproblemen, zoals wanen of slaapproblemen optreden, medicatie mogelijk ook helpen. Indien er sprake is van een depressie kan een antidepressiva dienst doen. Maar het allerbelangrijkste in de behandeling is leren om te gaan met de cognitieve problemen. Dit houdt met name in dat er goede educatie wordt gegeven over de ziekte en het beloop, en hoe je als patiënt en mantelzorger met de beperkingen om te gaan zodat de kwaliteit van leven zo goed mogelijk wordt behouden. Doelen zijn met name zo lang mogelijk zelfstandig thuis te blijven functioneren. Case-management is de spil van deze belangrijkste vorm van behandeling. De patiënt en de mantelzorgers moeten weten wat er mogelijk is in hun omgeving, echter het blijkt dat de zorgverleners ook zelf niet altijd op de hoogte zijn wat er allemaal gaande is in de nazorg. Daarom deze website.